Tekst achterflap

De Wet op Passend Onderwijs (2014) in Nederland en het M-Decreet (2015) in Vlaanderen hebben beiden tot doel meer inclusieve leeromgevingen
voor leerlingen te bieden. Co-teaching wordt internationaal beschouwd als een effectieve strategie om onderwijs te verzorgen aan hyper diverse
groepen. Vier deelstudies geven inzicht in de wijze waarop co-teaching teams hun pedagogische benadering vormgeven in het concrete handelen
en bespreken de uitdagingen waar co-teachers zich voor geplaatst zien. In het inleidend kader wordt de Nederlandse en Vlaamse beleidsmatige
context geschetst, waarbinnen de vier deelstudies naar co-teaching zijn gesitueerd. De deelstudies bestaan uit een literatuurstudie en drie verkenningen die zich richten op de betekenisverlening van startende, ervaren en begeleidende co-teachers. In het uitleidend kader worden de resultaten van de deelstudies besproken:
1. De betekenis van co-teaching: van technisch instructie- en samenwerkingsmodel naar een waardenbewust pedagogisch onderwijsmodel;
2. Co-teaching en de wisselwerking met de onderwijsdomeinen kwalificatie, socialisatie en subjectvorming; 3. Zes bewegingen in co-teaching praktijken die bijdragen aan normatieve professionaliteit;
4. De fases van pro-activiteit en veerkracht in co-teaching teams. Dr. Dian Fluijt is docent bij het Seminarium voor Orthopedagogiek en lid
van het lectoraat Normatieve Professionalisering (Hogeschool Utrecht). Daarnaast is zij oprichter van ‘De OnderwijsMENSen’. Eerder schreef zij de boeken Prisma Co-Teaching (2014) en Samen Lesgeven (co-auteurs: Prof. Elke Struyf en Prof. Cok Bakker).

Beschrijving

De Wet op Passend Onderwijs (2014) in Nederland en het M-Decreet (2015) in Vlaanderen hebben beiden tot doel meer inclusieve leeromgevingen
voor leerlingen te bieden. Co-teaching wordt internationaal beschouwd als een effectieve strategie om onderwijs te verzorgen aan hyper diverse
groepen. Vier deelstudies geven inzicht in de wijze waarop co-teaching teams hun pedagogische benadering vormgeven in het concrete handelen
en bespreken de uitdagingen waar co-teachers zich voor geplaatst zien. In het inleidend kader wordt de Nederlandse en Vlaamse beleidsmatige
context geschetst, waarbinnen de vier deelstudies naar co-teaching zijn gesitueerd. De deelstudies bestaan uit een literatuurstudie en drie verkenningen die zich richten op de betekenisverlening van startende, ervaren en begeleidende co-teachers. In het uitleidend kader worden de resultaten van de deelstudies besproken:
1. De betekenis van co-teaching: van technisch instructie- en samenwerkingsmodel naar een waardenbewust pedagogisch onderwijsmodel;
2. Co-teaching en de wisselwerking met de onderwijsdomeinen kwalificatie, socialisatie en subjectvorming; 3. Zes bewegingen in co-teaching praktijken die bijdragen aan normatieve professionaliteit;
4. De fases van pro-activiteit en veerkracht in co-teaching teams. Dr. Dian Fluijt is docent bij het Seminarium voor Orthopedagogiek en lid
van het lectoraat Normatieve Professionalisering (Hogeschool Utrecht). Daarnaast is zij oprichter van ‘De OnderwijsMENSen’. Eerder schreef zij de boeken Prisma Co-Teaching (2014) en Samen Lesgeven (co-auteurs: Prof. Elke Struyf en Prof. Cok Bakker).

Details